14 November
10:45u
Gisterenavond was ik echt helemaal de bout af. Toen ik in de namiddag terug naar het hostel liep vanaf de boulevard, helemaal verhit, kreeg ik ineens een pijnscheut in mijn kuit. Een straathond had mij kennelijk als bedreiging gezien en wilde in mijn been bijten. Gelukkig spande ik precies op dat moment mijn spieren aan en kon hij niet happen. Ik heb er geen wond aan overgehouden, maar wel een schram en een grote blauwe plek. Ik werd er een beetje angstig van, want wat als ik nu een ziekte heb binnengekregen of dat er vieze bacteriën toch onderhuids terecht zijn gekomen? Elke hond die ik hierna tegen kwam, heb ik met een grote boog omzeild en dat ga ik hier voorlopig ook maar even doen. Teruggekomen bij het hostel heb ik om ontsmettingsmiddel gevraagd, uitgelegd dat ik door een straathond ben aangevallen en gelukkig was de begeleiding bereid me even te helpen.
Eerder had ik verteld dat ik een beetje wanhopig was toen ik niets kon vinden qua eten en er geen supermarkt in de buurt was. Na lang zoeken had ik eindelijk iemand die vers fruit voor me wilde snijden. Het is niet dat er geen eten te vinden is op straat, maar het is allemaal warm, er komen vliegen op af en je weet niet hoelang die hapjes al op de toonbank staan. De mensen zitten hier een hele dag met hun etenswaar aan de straat. Bovendien maken ze alles met de hand en als deze niet schoon zijn, heb ik een virus ook zo binnen. Dat risico wil ik niet nemen. De wanhoop kwam eigenlijk vanuit een combinatie van factoren; sinds acht uur vanmorgen had ik niets meer gegeten, mijn maag begon te knagen en ik durfde vanwege voedselveiligheid niet voor het gemak in het openbaar wat te halen.
Ook qua avondeten vond ik het lastig. Overal stond vlees en vis op de kaart, waren de porties enorm en zaten de terrassen vol met rumoerige mensen. Ik heb de voorkeur voor een plek die wat kleiner is, een leuke sfeer heeft, waar het niet te druk is en ik vegetarisch of veganistisch kan eten. Ik had via Google Maps een aantal restaurants opgeslagen, maar vond het helemaal niks toen ik voor de deur stond. Na een paar rondjes lopen kwam ik ineens langs een wat luxer restaurant en ben daar heel even binnen gaan spieken. Ik werd warm onthaald, kreeg een vijfsterrenservice, een eigen ober en er stond een saxofonist te spelen boven op de balustrade. Ik had nog niet de keuze gemaakt om hier te eten, maar werd direct vriendelijk naar een tafeltje begeleid en toen ben ik ook maar gewoon gaan zitten. Vers gegrilde paprika met limoensap, een gevulde salade met tomatenceviche en verse olijfolie gaven me net de vitaminen waar ik al een hele dag naar snakte. Dat ik hiervoor, samen met een fles spa, zeventien euro kwijt was en ik normaal gesproken tussen de tien en dertien euro uitgeef als ik uit eten ga, maakt me voor een keer niet uit.
Wat het eten verder betreft, laat ik het los en vertrouw ik op mijn lichaam. Voor ik vertrok was ik een beetje bezorgd over mezelf en het onbekende. Gaat mijn eetstoornis nu terug opduiken? Ga ik totaal niets meer durven eten? Of eet ik te veel? Krijg ik voedselvergiftiging? Allemaal vragen die ik niet kon beantwoorden, omdat ik niet in de toekomst kan kijken. En, ik weet, wat er gebeurt, heb ik zelf in de hand. Het is mijn eigen gedrag en ik ben degene die dit stuurt. Deze vakantie is best actief, ook al reis ik tussen de vier plekken waar ik ga verblijven. Ik ben niet zoveel bezig als thuis, dus die hoeveelheid voeding heb ik ook niet nodig, maar ik wil er zeker bewust mee omgaan en zorgen dat ik voldoende binnen krijg. Dit houdt dus sowieso een goed ontbijt, lunch en avondmaaltijd in en waar het lukt nog iets tussendoor. Het scheelt wel dat het ontbijt bij elke accommodatie is inbegrepen. Dat is in ieder geval een zekerheid die ik heb. Ook al is de anorexia verleden tijd, ik merk wel dat er soms nog een vervelende stem in mijn hoofd nagalmt. Ergens vanachter, in een hoekje : 'Je wordt een vetzak'. Ik ben me er heel bewust van. 'Kom op Romy, niet hervallen. Je kunt dit.'
Ik heb gewoon eten nodig. Punt.

Nu ben ik op weg naar Léon. Ik kan me installeren in het hotel en nog even kort de stad verkennen, voordat ik om een uur vertrek met gids naar de Télica Vulkaan. Op dit moment hangt er een tropische storm tussen Nicaragua en Honduras genaamd Sara. De regen bereikt het noorden van het land en dus ook Léon en de Télica vulkaan. Het uitzicht gaat het hem denk ik helaas niet worden, maar het heeft ook wel wat om een tropische storm in het echt mee te maken.
21:26u
Om half twaalf kwam ik vanmiddag aan bij mijn tweede hotel. Hotel Austria ligt maar een paar straten van het centrum en de kathedraal vandaan, dus ik had nog mooi even de tijd om die kant op te gaan. De stad is heel indrukwekkend. De blauwe, gele, roze en oranje huisjes, de architectuur, de volle straten, de kraampjes, overal eten, de zittende en kletsende mensen... Het is het tegenovergestelde van de westerse wereld, waar alles heel strak is en goed wordt onderhouden. De verf van de huizen bladdert af en iets wat voor de norm van hier 'modern' is, zou in Nederland nog als 'achterstallig' worden bestempeld. Daarnaast hebben ze hier ook geen riool langs de kant van de weg en dat gevolg heb ik van dichtbij mee mogen maken. Vanavond regende het namelijk en als het hier regent, heb je meteen een tropische stortbui te pakken. Al het water sluisde door de straten naar beneden en ik kon met moeite ergens oversteken, want alles stond blank. Uiteindelijk moest ik wel, maar ik heb er zeiknatte schoenen, sokken en voeten aan over gehouden.
Om half twee vanmiddag moest ik klaar staan bij het hotel en werd ik opgehaald voor de beklimming van de Télica vulkaan. Mijn gids spreekt trouwens ook heel goed Engels, dus als ik met mijn Spaans in de knoop kom te zitten, kan ik altijd nog overschakelen. Ik wist dat ze regen af gaven, maar toen ik de wolkenmassa zag die steeds dikker en bedreigender werd boven het gebied waar we heen gingen, kreeg ik toch mijn twijfels. Na het zien van het weerbericht, was er een kans dat de storm in een orkaan zou kunnen veranderen. Ik schrok er een beetje van, maar de chauffeur gaf geen kick en reed gewoon lekker door. Nog zo'n groot verschil : de mensen hier lijken niet echt stress of spanning te kennen, zijn heel gemakkelijk, maar hebben daarbij ook wel gebrek aan regels en discipline. Op de weg kun je dat duidelijk merken en de manier waarop ze hun afval netjes scheiden. Ahum.. Alhoewel ik wel moet zeggen dat het in Léon allemaal een stuk netter is als in Managua. Het voelt hier veiliger om over straat te lopen.
Maar, de chauffeur reed gewoon verder en op een gegeven moment sloeg hij af, een onverhard pad op. Het water kwam vanaf boven al de helling af, maar dat leek de man niet heel veel te doen. 'Is het niet gevaarlijk?', vroeg ik. 'Wil je terug dan?', vroeg mijn gids. Waarop ik zei: 'Nee, als u denkt dat we de hike gewoon kunnen doen, dan wil ik dat heel graag. Ik hoef alleen niet zozeer midden in een orkaan terecht te komen.' Een beetje regen doet me niet zo veel, maar als het gevaarlijk wordt, is het een ander verhaal. Hij zei dat het mee ging vallen, maar ik vond het toch maar spannend toen we hotsend en klotsend omhoog reden.
Nu moet ik wel zeggen dat de chauffeur ontzettend goed kon rijden. Toen het steeds harder ging regenen en het water de helling afgutste, wist hij het (wel met fourwheelaandrijving) toch voor elkaar te krijgen om ons veilig naar het platform te brengen. Vanaf daar begon de hike.

Ik had mijn regenbestendige jas en een poncho meegenomen, maar die heb ik na tien minuten al uitgetrokken. Het was daarboven nog steeds drieëntwintig graden en gelukkig stopte het met regenen. Er was wel veel bewolking, wat ons aan het uitzicht onttrok en we werden volledig door de nevel omgeven. Ergens had het ook wel iets. Het had een beetje weg van een Halloween-sfeer gemengd met de Efteling. Beetje een rare combinatie, maar ik kan het niet anders omschrijven.
Onderweg naar de top kreeg ik alle informatie over de flora, fauna, het vulkanische gesteente en de ontwikkeling van de vulkaan. Sommige dingen wist ik nog vanuit de Aardrijkskundelessen op de middelbare school, maar een heleboel was toch nieuw voor me. Ik heb vulkanisme, platentektoniek en aardbevingen altijd al reuze-interessant gevonden, maar toen ik zag dat ik Natuurkunde en Scheikunde in mijn vakkenpakket moest hebben om Vulkanoloog te kunnen worden, heb ik dit beroep maar van mijn lijstje geschrapt. Als er twee vakken waren waar ik een bloedhekel aan had, dan waren het Natuur- en Scheikunde.
Toen we uiteindelijk bij de rand van de krater aankwamen, kon je het gas al duidelijk ruiken. De nevel om ons heen was nog steeds heel dik en ik kon amper wat zien. In de bodem zaten op verschillende plekken gaten, waar gangen helemaal naar beneden liepen tot aan de magmakamer. De stoomwolken en gassen kwamen naar boven en toen ik mijn hand erbij hield, verbrandde ik haast mijn vingers. Dat de hitte van zo diep in de aarde daarboven te voelen was, is bizar. Plotseling was er een helder stuk in de bewolking en werd mijn omgeving ineens heel anders. Ik kon diep in de krater kijken en moest snel zijn om het vast te kunnen leggen. Helaas was er door de regen te veel gasvorming om de vloeibare magma te kunnen zien, maar dat maakte het niet minder indrukwekkend. Verbluft stond ik daar aan de kant te kijken. Ik kon mezelf wel knijpen. Ik sta gewoon op een vulkaan. Ik hoef maar een enkele stap te zetten en ik val de afgrond in. Aan de andere kant van de wereld. Het gevoel dat ik toen kreeg, is onbeschrijflijk. Uitdagend, spannend, enthousiast, verwonderd en vol ongeloof tezamen.
Vervolgens liepen we nog een stukje verder naar een plek waar je heel mooi de zonsondergang zou kunnen zien. Met de nadruk op 'kunnen', want de bewolking was weer toegenomen en dat was dus ook mijn uitzicht. Helaas. Toch was ik er niet negatief of teleurgesteld onder, want daarboven op de top, omgeven door nevel, was het wel ijzig stil en hing er een bepaalde rust. Ik werd er zelf ook heel kalm van en had er nog wel uren kunnen blijven, maar we moesten natuurlijk ook nog terug naar beneden. Onderweg heb ik nog wat brokken afgekoeld magma in mijn jas verzameld om mee naar huis te nemen.
Om zeven uur in de avond was ik uiteindelijk terug bij het hotel. Ik had geen zin meer om uit eten te gaan en uitgebreid ergens te gaan tafelen, dus ik heb in een supermarkt even wat gehaald om op mijn kamer te eten. Onderweg begon het weer te regenen. Weer natte voeten. Eerst maar even gedoucht toen ik terug op de kamer was.
Volgens mij ben ik best wel een opvallende verschijning hier. Alle Nicaraguanen begroeten me vrolijk en kijken me na. Vooral veel mannen roepen 'Holà Chica!' en daar moet ik wel om lachen.
#2
Reactie plaatsen
Reacties